Oehoe

20 maart 2015

Dat we in Nederland steeds verder afglijden richting kleuterbankjes is allang geen geheim meer. Neem nou het politieke debat. Je zult maar met een oehoe vergeleken worden, of met een wolf, nóg schokkender. In verkiezingstijd kun je alles verwachten, maar dit ging toch heerlijk over de grenzen van alle fatsoen. Volgens RTL dan, dat het debat tussen Pechtold en Wilders hopend op een clash der giganten had georganiseerd.

Bij dergelijke gebeurtenissen is het altijd leuk even stil te staan bij de manier waarop onze nationale elite zich voorbereidt. Want over het vertoon van dergelijke verbale krachtpatserij is nagedacht, dat staat wel vast. Zo van: hoe kan ik mijn tegenstander op de meest accurate manier te kakken zetten? Er zullen in het Handboek Voor Het Wegzetten Van Mijn Opponent vast en zeker criteria staan om tot het beste resultaat te geraken. Wat je zegt moet het liefst actueel, kort en vooral bondig zijn.

Zo viel uit een artikel in de Volkskrant op te maken dat Alexander Pechtold geregeld spart met Kees Verhoeve, kamerlid en campagneleider van D’66.  Die schijnt erg goed te zijn als imitator van Geert Wilders. Ook voor een Roemertje draait hij zijn hand niet om. In het kamp van Wilders zal het waarschijnlijk net zo gaan. Je ziet zo’n man aan de keukentafel zitten, woordenboek in de hand, echtgenote als kritische tegenspeelster tegenover hem. Zijn beroemdste vondst is natuurlijk ‘kopvoddentaks’. Ze zullen wel begonnen zijn met ‘hoofddoekjesbelasting’ om van daaruit verder te puzzelen. Eerst de synoniemen voor ‘hoofd’, vervolgens die voor ‘doekjes’ om uiteindelijk te eindigen met die alles overtreffende eenlettergrepige kaakslag ‘taks’. Toch vond ik ‘kopvoddentaks’ nog aan de lange kant voor de doelgroep: vier lettergrepen, bijna niet te scrabbelen.

Nee, dan is terror-oehoe beter, als woord tenminste, niet als belediging. Want zeg nou zelf, echt ondersteboven was eigenlijk niemand. Pechtold zeker niet, die, voorbereid op elke denkbare overvliegende oehoe, ‘spontaan’ met die wolf op de proppen kwam. Of zouden beide haantjes dit zo afgesproken hebben? Zo van: laten we een thema nemen, iets met de Fabeltjeskrant, lijkt dat je wat, Geert? Noem jij me oehoe, en ik jou wolf. OK?

De politiek als een grote Fabeltjeskrant, meer kon ik er niet van maken. Met ons als kijkbuiskinderen. Jammer dat meneer de Uil niet meedeed, of juffrouw Ooievaar. Wél aanwezig was John de Mol, daar kun je vergif op innemen. Wedden dat ie kijkend naar dit debatje een leuk idee voor een nieuw succesvol format heeft opgedaan?

Binnenkort op RTL!