De ene foto is de andere niet, zo merkte ik op de KunstRai van dit jaar. Waar de ene me maar niet wist te raken, lukte dat de andere moeiteloos. In mijn vorige blog ging het over de ene, nu is de andere aan de beurt.
Ook de ene stand op een kunstbeurs is de andere niet. Waar ik in de stand ervoor meteen een in een amechtig pak gestoken galeriehouder op mijn dak kreeg met informatie over zijn in het buitenland doorbrekende kunstenaars, daar stond de galeriehouder in de stand ernaast, een rijzige Afrikaan met een markante uitstraling die hij niet hoefde te ontlenen aan allerlei hulpmiddelen en verkooppraatjes, er een beetje verontschuldigend bij. In de hoek hingen een paar foto’s die het bekijken waard waren. Net zo bescheiden als de galeriehouder zelf. Ik maakte een praatje met hem. Even wat informatie inwinnen. De fotograaf heette Toyin Loye, maar dat wist ik al. Het stond er immers naast. Op een simpel stukje papier. Loye bleek uit Nigeria te komen. En van Nigeria weet ik sinds het schrijven van ‘Het lied van de ibis’ een en ander af. Toch wilde het gesprek niet echt op gang komen. Wel kreeg ik te horen dat de fotograaf niet erg bekend was. Maakte me niet veel uit, het ging en gaat me om het werk.
Eenmaal thuis de naam toch maar even ingebracht bij meneer Google. Meteen dat hoofd. Bekend hoofd. Inderdaad. De galeriehouder bleek de fotograaf zelf te zijn. Meer schilder dan fotograaf, wat alle bescheidenheid verklaarde. Toch even verder gezocht. Toyin Loye hoort bij de Yoruba, een van de grootste Nigeriaanse stammen. En dan ook nog van koninklijke bloede. Had ik dus met een prins gesproken. Over een foto. Je maakt wat mee op zo’n kunstbeurs.
Nu de foto zelf. Even twijfel je of het een jongen of een meisje is. Toch duidelijk een meisje, getuige de al een poos geleden aangebrachte nagellak. Ook de manier waarop ze haar handen voor haar borst houdt, wijst op een meisje. Al heeft ze, als je de schaduwrandjes langs haar vingers wat beter bekijkt, nog weinig te verbergen. Een meisje dat de vrouw die ze binnenkort zal zijn, afschermt voor de lens. Ze heeft er vast niet op gerekend, op die foto, anders had ze wel iets aangetrokken. Wat ze niet kan verhullen is haar zelfbewustzijn, ze kijkt je aan met een trotse blik. Ernstig, dat ook, ze wordt zeker niet dagelijks gefotografeerd.
Met het vastleggen van dit meisje was de foto nog niet af. De fotograaf heeft nóg iets toegevoegd. Met uiterste precisie heeft hij kerfjes en andere toevoegingen aangebracht op delen van de foto. Eigenlijk net zoals de Yoruba, maar ook andere stammen als de Ogoni (waar ‘Het lied van de ibis’ over gaat, zie elders op deze site) hout bewerken. Daarmee vloeien traditie en modern medium samen in deze prachtige foto.
De titel van deze foto is ‘Black Madonna’. En daarmee doet Toyin Loye wat mij betreft recht aan deze trotse meid die je door een foto een beetje hebt leren kennen en die je zo alle goeds wilt toewensen, daar in dat verre Nigeria.